zaterdag 29 juli 2017

De Kroeg [deel 2!]

In april konden jullie al deel één lezen van "De Kroeg", mijn poging tot een verhaal (misschien ooit boek) over mijn ervaringen als barman :-)
Klik hier om dit deel te lezen als je hem gemist had!

Mijn eigen getapte biertje – kennelijk toch een gewoonte als ik aan het tappen ben – zet ik naast mijn computer. Toch nog maar even doorwerken. De bestuursvergadering zit me nog dwars.

De Kroeg - Deel 2


De emoties liepen weer hoog op tijdens de vergadering. Ik vind dat vaak lastig om mee om te gaan. Ik snap dat het er bij hoort, want niet alles kan altijd vredig en zonder conflict gaan. Dan kom je ook nergens. Justine en Joost kwamen terecht in een principiële discussie over bierprijzen, kosten en opbrengst. Ik probeerde mij er in te mengen en aan te geven dat beide ideeën zo zijn voor en nadelen hebben – een van de taken als voorzitter – en dat we hier later nog maar eens op terug moesten komen.

Ik ben nu een paar maanden actief als voorzitter, en het bevalt op zich prima. Hiervoor was ik al een tijdje secretaris, en dan leer je het reilen en zeilen van de bar al aardig. Persoonlijk was ik het principieel eens met Justine, onze penningmeester, dat de prijzen natuurlijk omhoog moeten als onze marge te laag is. Joost, mijn opvolger als secretaris, is juist bang dat we veel gasten, en dus omzet, verliezen als we onze Amsterdammertjes nu duurder maken. Ik besloot dat het beter was de discussie even vooruit te schuiven. Er misschien even een nachtje of twee over slapen en met wat leden in de bar er over praten leek me beter dan overhaast een besluit te nemen.

De Kroeg is namelijk geen normaal bedrijf, het wordt helemaal gedraaid door studenten. Dus iedereen doet het vrijwillig en met nagenoeg geen eerdere ervaringen. Dat maakt het uitdagend en leerzaam maar af en toe natuurlijk ook lastig. Ik ben drie jaar geleden lid geworden en was gelijk verkocht.

“David!”

Wat nu weer, denk ik. Marcel is er toch niet weer vandoor?

Het is tapper Levi: “Kun jij een portier bellen, het begint aardig druk te worden en er zijn geen portiers aanwezig! De sfeer begint ook een beetje om te slaan.”

Poeh, het is al na twaalven dus ik vraag me af of dat zin heeft. Maar ik stem toe en pak de ledenlijst er bij. De eerste neemt niet op. Dat gaat lekker. De tweede verzoekt of ik niet meer na twaalven wil bellen. Ik denk op mijn beurt dat hij dan beter afscheid kan nemen als hij toch geen tijd meer heeft voor het nachtleven dat bij een kroeg hoort. De derde zegt dat hij er aan komt. Op Tommie kan je altijd rekenen. Dom dat ik hem niet gelijk als eerste probeerde. Ik verkondig opgelucht het goede nieuws aan Levi en ga verder met het lezen van mijn bestuursmail.

Later op de avond ga ik aan de bar een biertje drinken en houd alles een beetje in de gaten. Dat automatisme kun je na een tijdje echt niet meer uitzetten. Steeds als er iemand binnen komt kijk je toch even om en als er veel leeg glaswerk staat haal je het op. Dat noemen ze beroepsdeformatie of blikvernauwing. Nou, mijn blik lijkt zich juist te verbreden. Maar dat zal wel alleen heel lokaal een goede interpretatie zijn van het begrip. En daar valt weer een glas, hoor ik. Gelukkig zie ik Tommie gelijk er op af lopen met een stoffer en blik en de volleyballer – kennelijk zijn ze net kampioen geworden - die het glas liet vallen veegt enigszins beschamend de scherven bijeen. 

Levi en Marcel kunnen de drukte weer goed aan en proosten nog maar eens op een mooie avond terwijl ze iedereen in de gaten houden. Tommie, die was ingevallen als portier, kijkt een beetje geërgerd om zich heen. Bij binnenkomst vertelde hij dat hij eigenlijk om half negen alweer college heeft, dus als het even kan wil hij zo snel mogelijk weer naar huis. De volleyballers hebben ook eigenlijk wel genoeg gehad, dus wordt er aan de DJ gevraagd de standaardafsluiter, Piano Man, zo op te zetten.

Na het schoonmaken blijf ik even gezellig nadrinken. Dat is toch wel een van de gezelligste momenten van de avond. Moe maar voldaan van een mooie avond nog even bijkletsen. De omzet van de avond wordt dan ook bekend gemaakt en er kan nog een alcoholische versnapering (of twee) worden genuttigd. We zijn maar met zijn vieren over. Tommie is net weg. Levi en Marcel bespreken de uren en ik besluit Sjoerd, de DJ van vanavond, te vragen hoe het met hem gaat. Hij kijkt een beetje treurig uit zijn ogen, dus ik maakte me zorgen. Hij trekt een ernstig gezicht en vraagt of ik even mee wil lopen naar buiten, zodat we ongestoord kunnen praten. Levi en Marcel hebben niks in de gaten, die zijn nog druk aan het kibbelen over een of ander onbelangrijk misverstand tijdens de avond.

“David, ik denk dat ik er mee moet stoppen. Ik trek de late uren niet meer goed, en heb ook steeds minder zin om te komen draaien”.
“Ah, ik snap het ja. Jammer dat je het niet leuk meer vindt, is er misschien een andere divisie waar je meer plezier kan hebben? Tappen bijvoorbeeld?”
“Dan wordt het niet minder laat natuurlijk.”
“Dat is waar, maar je bent wel op een hele andere manier bezig, en doordat je veel interactie hebt met gasten en je medepersoneel vliegen de avonden om hoor!”

Ik neem nog een slok van mijn Kasteeltje en geef Sjoerd even de tijd om na te denken.

“Ik zal het overwegen, het is geen gek idee. Ik help al af en toe mee bij drukte, en dat gaat op zich wel redelijk. Ik kom er nog op terug, bedankt voor je tijd man!”
“Geen probleem!”

Langzaam lopen we weer naar binnen. We besluiten dat het goed is geweest voor vandaag en sluiten met zijn vieren de bar af. Netjes alle deuren op slot, de lichten uit, het bier afsluiten en het alarm er op zetten. Buiten kletsen we nog even bij onze fietsen. Gelukkig is het nog donker buiten. Dat betekent dat we het nog relatief acceptabel hebben gehouden en morgen nog wat aan onze dag kunnen hebben.

Thuis val ik als een blok in slaap. Horeca is een zwaar vak, ook al doe je het maar parttime.

To be continued!